Planten van hier

Voor flora, fauna en mensen

Egelantier

(Rosa rubiginosa)

De wilde roos Egelantier is een bekende inheemse rozensoort en met haar (diep)roze bloemen met vaak een wit hart valt ze op door haar geur van zoetzure appeltjes van bloem én blad. De plakkerige klieren onderaan het blad geven bij lichte kneuzing de appeltjeslucht af. Vooral bij warm weer of na een regenbui kun je dit goed ruiken.

Veel rozenliefhebbers vinden dit de mooiste van de wilde rozensoorten. De Egelantier wordt niet zo hoog, meestal 1,5 tot zo'n 3 meter. Ze is fors gestekeld, met zowel fijnere naaldstekels als sikkelvormgie doorns. Op de overjarige en naar de grond buigen takken vormen zich de bloemen.

Ze bloeit vanaf juni tot juli-augustus en soms nog een beschieden nabloei in september. Op de prachtig open bloemen vliegen veel soorten wilde bijen. De rijpe bottels van de Egelantier zijn vuurrood en dat maakt de roos erg fraai, ook als solitaire struik in een tuin of park. De Egelantier laat zich ook gemakkelijk snoeien (wilde rozen snoei je alleen om de struik te verjongen). Bij aanplant bij voorkeur wat mest of compost toevoegen voor een goede start van de wortelgroei.

De Egelantier is ook goed te combineren met wilde planten in een grotere border en met de Viltroos, Hondsroos, Wilde kamperfoelie en Sporkehout (ook wel Vuilboom genoemd).

Nederlandse naam: Egelantier

Wetenschappelijke naam: Rosa rubiginosa

Familie: rozen

Herkomst: oorspronkelijk inheems

Status: niet bedreigd

Zeldzaamheid: algemeen

Bloeiperiode: juni tot augustus

Bestuiving: zonder bevruchting, wilde bijen, (zweef)vliegen en kevers

Kleur: roze, wit-roze

Hoogte: 1 tot zo'n 3 meter

Licht: bij voorkeur zonnig

Voedsel: bodem bij voorkeur voedselarm