Planten van hier

Voor flora, fauna en mensen

Kleine pimpernel

(Poterium sanguisorba subsp. sanguisorba)

Kleine pimpernel maakt deel uit van de Rozenfamilie (Rosaceae). Het is een vaste (overblijvende) soort die 15-60 cm hoog kan worden. Ze komt al heel lang in Nederland voor. Uit opgravingen in duingebieden zijn pollen van Kleine pimpernel teruggevonden die dateren van ongeveer 800 voor Christus. De geveerde blaadjes van de plant zijn aan de bovenkant blauw- tot grijsgroen, aan de onderkant meer roodachtig. De opvallende bloeiwijze bestaat uit samengestelde bloempjes die een bolvormig hoofdje vormen met veel meeldraden. Ze zijn groenachtig-rozerood tot enigszins paars gekleurd. De bloeitijd is van mei t/m juli, soms doorlopend tot in september. In tegenstelling tot Grote pimpernel (Sanguisorba officinalis) heeft de eveneens zonminnende Kleine pimpernel een voorkeur voor droge bodems, kalkhoudend tot kalkrijk en onbemest, c.q. voedselarm. Kleine pimpernel is een relatief kleine, sierlijke en gemakkelijke plant, geschikt voor de siertuin en de kruidentuin, op drogere grond, in zon tot lichte schaduw. De plant is bijvoorbeeld goed te combineren met Geel walstro, Mottenkruid, Grote tijm, Zandblauwtje, Veldsalie, Valse salie, Oranje havikskruid, Sint-Janskruid, Steenanjer, Gewoon reukgras en Bevertjes.

Wilde bijen (waaronder Zandbijen) en hommels komen op het witachtige stuifmeel af. Kleine pimpernel is een waardplant voor diverse vlindersoorten, waaronder Aardbeivlinder en Kalkgraslanddikkopje.

Nederlandse naam: Kleine pimpernel

Wetenschappelijke naam: Poterium sanguisorba

Familie: rozen

Herkomst: oorspronkelijk inheems

Status: niet bedreigd

Zeldzaamheid: algemeen

Bloeiperiode: mei tot augustus (soms doorlopend tot in september)

Bestuiving: wilde bijen, wind

Kleur: groenrood, rozerood

Hoogte: 15 tot 60 cm

Licht: bij voorkeur zonnig

Voedsel: bodem bij voorkeur voedselarm