Planten van hier

Voor flora, fauna en mensen

Duifkruid

(Scabiosa columbaria)

Duifkruid is een vaste plant uit de Kamperfoeliefamilie (Caprifoliaceae) die 30 tot 90 cm hoog kan worden. Ze is een buitengewoon sierlijke plant, zowel in het wild als in de tuin. Ze bloeit van juni tot en met oktober. De bloem lijkt op de bloem van Beemdkroon (Knautia arvensis), maar de plant is minder hoog, vertakt zich veel meer en brengt verbijsterende weelde aan bloemen voort, vaak zelfs tot de eerste nachtvorst. Zowel in knop als in bloei is ze aantrekkelijk en wanneer de bloei voorbij is, blijven de groene zaaddoosjes over, prachtig van vorm en even fijn als een honingraat. De plant heeft wortels die diep de grond in groeien, op zoek naar mineralen en water, zodat ze droogte goed kan doorstaan.

Duifkruid komt van nature voor op droge tot vochthoudende, matig voedselarme, weinig of niet bemeste, kalkrijke grond (mergel, zand, leem, zavel en stenige plaatsen). Ze maakt ook deel uit van de plantengemeenschap Kalkrijke kamgrasweiden (Galio-Trifolietum).

De plant is bijvoorbeeld goed te combineren met Grote centaurie, Bevertjes, Gewone agrimonie, Veldsalie, Wilde marjolein, Knoopkruid, Zeepkruid, Prachtanjer, Gewone margriet en Kattendoorn.

Bij terugsnoeien kan ze opnieuw uitlopen en heb je kans op een tweede bloeiperiode tot ver in het najaar (november/december). Vogels (bijvoorbeeld Putters) zijn dol op de zaden wanneer ze bijna rijp zijn.

Duifkruid is een zeldzame insectenplant die veel nectar geeft en zodoende trekt de plant veel soorten vlinders, zoals Koolwitje, Dagpauwoog, Bruin zandoogje, Kleine parelmoervlinder, Dambordje, Kleine vos, Koninginnenpage, Distelvlinder, Atalanta en Bont en Bruin zandoogje. De nectarrijke bloemen zijn ook geliefd bij veel soorten wilde bijen, zoals: Boomhommel, Aardhommel, Steenhommel, Gewone koekoekshommel, Knautiabij, Heideviltbij en Tuinbladsnijder. Ook zweefvliegen bezoeken Duifkruid, waaronder de Stadsreus en Witte reus.

Nederlandse naam: Duifkruid

Wetenschappelijke naam: Scabiosa columbaria

Familie: kamperfoelie

Herkomst: oorspronkelijk inheems

Status: Rode Lijst: gevoelig

Zeldzaamheid: zeldzaam

Bloeiperiode: juni tot en met oktober (in tuinen gerelegd tot de eerste nachtvorst)

Bestuiving: wilde bijen en vlinders

Kleur: violet, lila

Hoogte: 30 tot 75 cm

Licht: bij voorkeur zonnig

Voedsel: bodem bij voorkeur voedselarm